Vandaag was mijn vader niet jarig

Vandaag is het 15 februari. Op deze dag was mijn vader niet jarig.

Dat klinkt misschien vreemd, die zin. Iedereen heeft immers 364 dagen in het jaar waarop hij of zij niet jarig is. Maar vandaag, 15 februari, is mijn vader op een andere manier niet jarig. Hij is meer niet-jarig dan de rest van ons ooit niet-jarig zal zijn.
Wel vierden we, toen ik klein was, altijd op 15 februari zijn verjaardag. We aten taart, er kwam bezoek, we vierden feest, gaven hem tekeningen, en later cadeaus. Gewoon een verjaardag dus. Maar feit blijft: wanneer hij de kaarsjes uitblies op 15 februari, was hij niet jarig.

In zijn paspoort stond geen 15 februari.
In zijn paspoort stond 1 juli.
Maar ook op 1 juli was mijn vader niet jarig.

Verwarrend?
Dat begrijp ik. Het klinkt als een raadsel, maar dat is het niet. Niet echt.
En in de context van zijn leven – en de wereld waarin ik opgroeide – klopt het. Dit is zo’n verhaal dat je niet kunt verzinnen. Het is een verhaal dat soms net zo kronkelig is als het leven zelf maar simpeler is dan het lijkt. Maar, het zit in mijn roots, in mijn geschiedenis, en nu dus in mijn boek.

In een eerder blog schreef ik over mijn moeder, die in mijn boek twee verjaardagen beleeft. Dat jarig zijn zit dus verweven in het verhaal.
Vandaag, 15 februari, zou mijn vader 77 kaarsjes hebben uitgeblazen. Of 72 kaarsjes.
Het wordt steeds ingewikkelder hé? Roept het vragen op?
Ik hoop het, ik ga er antwoord op geven, straks. In mijn boek.

En ook al is mijn vader vandaag niet (echt) jarig: ik mis die man. Elke dag. 
Maar uiteindelijk zijn het de verhalen die blijven.
Zelfs als de kaarsjes allang zijn uitgeblazen.